De afgelopen twee weken ben ik bezig geweest met het proberen te beantwoorden van de vraag:
Is in het verleden eerder muzikaal erfgoed vast gelegd? Zo ja, hoe is dit door het publiek ontvangen?
Het
antwoord hierop is ja.
Er zijn bijvoorbeeld verschillende instellingen in Nederland die zich bezighouden met muziek en het archiveren daarvan. Denk hierbij aan Van speelklok tot pierement, zij richten zich op zelf spelende muziekinstrumenten of het Meertensinstituut die een database met volksliederen heeft. Deze projecten heb ik wel
beschreven maar zal ik verder niet op in gaan omdat het niet relevant is voor Paradiso.
Daarnaast zijn er eigenlijk twee grote spelers in het Nederlandse muzikale erfgoed veld:
het Nederlands muziek instituut (NMI) en
Muziek centrum Nederland (MCN). Het MCN is het kennis- en promotiecentrum voor de professionele Nederlandse muziekwereld. Zij streven ernaar om de positie van Nederlandse muziek(cultuur) in binnen- en buitenland te versterken. De Documentatie is hier een klein onderdeel van naast de informerende, promotionele en coördinerende doelstellingen die zij hebben. Het NMI is het sectorinstituut voor het Nederlandse muzikale erfgoed. In het NMI worden collecties, kennis en activiteiten op het gebied van de klassieke muziek in het algemeen en meer in het bijzonder van de Nederlandse muziek en het Nederlandse muziekleven tot op heden gebundeld. bronnenmateriaal, waaronder veel muziekmanuscripten, wordt verzameld, geconserveerd, geregistreerd en toegankelijk gemaakt voor het publiek in de breedste zin van het woord.
Dit klinkt als goede initiatieven om het muzikale erfgoed inzichtelijk te maken (de ontsluiting komt niet niet geheel uit de verf) alleen de Nederlandse overheid, waar het geld vandaan moet komen, ziet bij beide haken en ogen:
Commentaar op het NMI is:
In het algemeen is de Raad van mening dat het NMI te beperkt invulling geeft aan zijn besteltaken als sectorinstituut. Met name de publieksfunctie is weinig geprofileerd. Daarnaast mist de Raad in het beleidsplan een integrale visie op de wijze waarop krachtenbundeling over de volle breedte van het muziekerfgoed in Nederland zouden moeten en kunnen plaatsvinden, onder meer om versnippering ervan tegen te gaan." uit de cultuurnota Over het MCN zeggen ze:
Ze missen een overtuigende visie die inzichtelijk maakt hoe MCN de samenvoeging van de fusie zal gaan realiseren. EN
ze zijn niet tevreden over de beschrijving van de plannen op het gebied van de wereldmuziek en de positie van het MCN ten opzichte van andere sectorinstituten.Bij beide instellingen is de mening van de overheid dat de instellingen meer samen moeten werken om het muzikale erfgoed bij elkaar te houden, ze zien het nut dus wel in maar zijn niet tevreden op de manier waarop het nu aangepakt wordt.
In Belgie bestaat de organisatie Resonant. Dit Centrum voor
Vlaams Muzikaal Erfgoed werd opgericht met als doel het muzikaal erfgoed van Vlaanderen (van de middeleeuwen tot heden) te lokaliseren, conserveren, inventariseren, ontsluiten en creatief te valoriseren voor een zo ruim mogelijk publiek. Resonant doet hiervoor beroep op de kennis van gespecialiseerde instellingen en treedt op als coördinator tussen de verscheidene instituten, overheden, concertverenigingen, musici en andere geïnteresseerden, die actief bezig zijn met het Vlaams muzikaal erfgoed.
Zij zijn de coördinator
(waar de Nederlandse overheid waarschijnlijk ook op doelt?) van en op dit moment bezig met het handboek te schrijven voor muzikaal erfgoed. Hier hebben hebben Belgische en Nederlandse auteurs aan meegewerkt, in het najaar van 2009 is het boek klaar.
(met de auteurs hebben we contact op genomen om meer over de inhoud van het boek en hun werkzaamheden in het werkveld te weten te komen). Begin april is een dag dat de best practices worden gepresenteerd en hier gaan we zeker bij aanwezig zijn om deze deelvraag ook beter te kunnen beantwoorden.
Te concluderen is dat het muzikale erfgoed en het behoud hiervan in de kinderschoenen staat maar dat het wel toekomst heeft, het is in ontwikkeling. K0m maar op met dat handboek! Er wordt op dit moment aan gewerkt, maar er zijn veel haken en ogen aan de manier waarop. In Nederland is dit te verspreid en ongestructureerd wat de kans tot versnippering, dubbel werk en gaten vergroot. We kunnen België hierin als voorbeeld nemen.
De reacties vanuit het publiek heb ik nog niet echt kunnen peilen, hiervoor zal ik quotes en cijfers moeten hebben vanuit het werkveld en de doelgroep. Bij het NMI heb ik bezoekers aantallen van de website toe kunnen voegen maar hier kan je niet veel uit concluderen. Tot nu toe weet ik alleen hoe de Nederlandse overheid hier over denkt. hmm... heeft iemand hier tips voor? Hoe is het behouden muzikaal erfgoed door het publiek ontvangen? (we zullen hier wel meer over kunnen vertellen als we de brainstorm hebben verwerkt....)
Antwoord? 2e deelvraag